Devil’s paintbrush – één van de Engelse volksnamen voor Pilosella aurantiaca – klinkt als een theatralere entree dan “oranje havikskruid”. P. aurantiaca is in Nederland trouwens niet inheems. In delen van Amerika, Canada en Australië wordt P. aurantiaca zelfs bestreden als een invasieve exoot – een “State Prohibited Weed” die de inheemse biodiversiteit bedreigt. Devil’s paintbrush indeed?
Gelukkig komen veel soorten uit het havikskruidgeslacht wel van nature in Nederland voor, waardoor de oranje telg uit dit geslacht niet de kans krijgt om inheemse, op andere Pilosella-soorten ingestelde planten en dieren te verdringen. Vergeleken met bijv. Australië komt P. aurantiaca bij ons dan ook niet van erg ver: in Zuidelijk en Centraal-Europa komt het dieporanje plantje van nature voor.
In rijke grond, kan P. aurantiaca behoorlijke wortelmatten vormen en enigszins woekeren, maar in het arme metselzand onder de zwerfstenen rondom het terras van ons vakantiehuisje krijgt dit prachtige plantje daartoe niet de kans. In onze wilde bloementuin is oranje havikskruid juist een verrijking voor de biodiversiteit, niet alleen vanwege haar eigen mooie kleur en subtiel-zoete geur, maar ook doordat een aantal vlindersoorten graag van de plant geniet.
Een ander voordeel van oranje havikskruid is dat het plantje goed tegen zure grond kan, wat in de zurige bosgrond in Norg een handige eigenschap is.