De westelijke border bij de Schuilplaats ligt beschut in de schaduw van een wilde appelboom en een paardenkastanje. In het voorjaar is deze border bezaaid met bloeiende stinsenplanten. In de zomer bloeit dit stukje stinsentuin wat minder uitbundig. Wel bloeit hier al, zo lang als ik me kan herinneren, elke zomer: de bosandoorn (Stachys sylvatica).
Ik kan me trouwens niet herinneren of ikzelf die bosandoorn daar geplant heb of dat die daar al stond voordat ik (een paar jaar na de eeuwwisseling) het tuinonderhoud overnam van mijn vader. Eigenlijk denk ik dat het inderdaad mijn vader is die die bosandoorn daar ooit geplant heeft. Het kunnen ook mijn grootouders geweest zijn.
Aan de andere kant: het milieu in die border is zó geschikt voor bosandoorn dat die daar ook spontaan terecht kan zijn terechtgekomen. Het is een algemene soort, volgens Floron – “een kensoort voor de klasse van eiken- en beukenbossen op voedselrijke grond”, volgens Wikipedia. Er is al ruim een halve eeuw bladinval op deze border. Achter in de border staan wat hogere struikjes, ietsje dáárachter wat laaggehouden eikenboompjes en daar bovenop ontvangt de border het gros van de bladeren en naalden wanneer het westterras geveegd wordt.
Stachys sylvatica is bij uitstek geschikt voor ecologische tuinen – met name tuinen met een gezonde strooisellaag en wát (niet teveel) schaduw. Geheel in die lijn is S. sylvatica ook heel aantrekkelijk voor een aantal inheemse bestuivers, waaronder de heel toepasselijk benoemde andoornbij.
Wordt u tijdens uw verblijf in “De Schuilplaats” geïnspireerd om uw eigen tuin natuurlijker en diverser te maken, voelt u zich dan vrij om wat zaden van de bosandoorn te oogsten. Wellicht kan de uitgebreide 5-delige Nederlandse Oecologische Flora die op één van de boekenplanken staat u helpen om deze mooie, purperrode bloeier ook in het zaadstadium, aan de hand van zijn/haar niet-bloeiende plantdelen, te herkennen. U vindt S. sylvatica op pagina 164 van Deel 3 van deze NL Oecologische Flora. (In Heukel’s Flora van Nederland, vindt u de omschrijving van S. sylvatica op pagina 507.)
Afsluitend, een noot over een gezonde bosbodem: de bodem (ook in de bosandoornborder) in onze bostuin uit Norg bestaat in de basis uit voedselarme zandgrond, met een dieper gelegen (voor de bosandoornwortels onbereikbare) leemlaag. Dit is enigszins strijdig met wat de Oecologische Flora [OF3, pp. 164-165] zegt, namelijk dat S. sylvatica “algemeen [is] in bosrijke streken (of heggenlandschappen) op voedselrijke, niet te zware grondsoorten.” En: “Op voedselarme zandgronden en op veen en zeeklei is hij zeldzaam[.]” Dat hij het in onze bostuin, op zandgrond, goed doet is waarschijnlijk dankzij de rijke humuslaag.